Artikel 6 Wegenverkeerswet
Wanneer er een ernstig verkeersongeval plaatsvindt, zal de politie altijd kijken of een verkeersdeelnemer daar schuld aan heeft. Indien de politie van mening is dat dit het geval is, komt artikel 6 Wegenverkeerswet redelijk snel in beeld. Artikel 6 Wegenverkeerswet luidt:
“Het is een ieder die aan het verkeer deelneemt verboden zich zodanig te gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval plaatsvindt waardoor een ander wordt gedood of waardoor een ander zwaar lichamelijk letsel wordt toegebracht of zodanig lichamelijk letsel dat daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden ontstaat.”
Het bestanddeel ‘schuld’ kan in de tenlastelegging in verschillende vormen voorkomen. Dit kan ten laste worden gelegd door roekeloos, zeer, althans aanmerkelijk onvoorzichtig en zeer, althans aanmerkelijk onoplettend rijgedrag.
Bij deze schuldvormen is de roekeloosheid de zwaarste variant. Dit is de zwaarste, aan opzet grenzende schuldvorm. Het moet dan gaan om een buitengewoon onvoorzichtige gedraging waardoor zeer ernstig gevaar in het leven is geroepen, alsmede dat de bestuurder zich daarvan bewust was. Van roekeloosheid is in ieder geval sprake als het gedrag tevens een overtreding van artikel 5a Wegenverkeerswet kan worden aangemerkt.
Overtreding van artikel 6 Wegenverkeerswet is een misdrijf. Wanneer een bestuurder zich schuldig maakt aan artikel 6 Wegenverkeerswet kan hij daarvoor relatief zwaar gestraft worden.
Overtreding van artikel 6 Wegenverkeerswet wordt gestraft met een gevangenisstraf van maximaal drie jaren, indien het een ongeval betreft waardoor een ander wordt gedood. Wanneer het een ongeval betreft waardoor een ander lichamelijk letsel oploopt, is dit een jaar en zes maanden.
Indien de schuld bestaat uit roekeloosheid, is de maximale gevangenisstraf zes jaren. Wanneer het een ongeval betreft waardoor een ander lichamelijk letsel oploopt, is dit drie jaren.
Wanneer de bestuurder onder invloed van alcohol verkeerde ten tijde van de overtreding van artikel 6 Wegenverkeerswet, kan de maximale gevangenisstraf met de helft worden verhoogd. Dit geldt ook indien de verdachte heeft geweigerd mee te werken aan een bevel ademanalyse of bloedproef.
Bij de strafmaatbepaling hanteren Rechtbanken en Gerechtshoven de zogenaamde Oriëntatiepunten voor straftoemeting. Bij de strafbepaling voor artikel 6 Wegenverkeerswet wordt rekening gehouden met de vraag of er sprake is van roekeloosheid, een grove verkeersfout of een aanmerkelijke verkeersfout. Ook wordt rekening gehouden met de omstandigheid of er alcohol in het spel was en/ of er sprake was van lichamelijk letsel, zwaar lichamelijk letsel of overlijden.