Hoe flex is voetbal?

De winterstop in het profvoetbal is aangebroken, het is weer transfertijd. Wat opvalt, is dat bij voetballers altijd alleen gesproken wordt over tijdelijke contracten, zelfs als spelers langere tijd voor dezelfde club spelen. Het lijkt bijna alsof de flexwet niet op profvoetballers van toepassing is. Hoe zit dat eigenlijk?

De flexwet bepaalt dat een arbeidsovereenkomst automatisch voor onbepaalde tijd is, wanneer de werknemer meer dan drie aaneensluitende tijdelijke contracten heeft, of meer dan drie jaar werkzaam is op basis van meer dan één tijdelijk contract. Deze regeling biedt werkgevers flexibiliteit, maar moet werknemers beschermen tegen oneindig elkaar opvolgende tijdelijke contracten.

Er zijn werkgevers die werknemers om die reden maximaal drie tijdelijke contracten van – gezamenlijk – maximaal drie jaar geven. In feite zijn deze werknemer door de flexwet slechter af, omdat zij geen vast dienstverband krijgen, maar na drie jaar ook geen tijdelijk contract houden. Om werknemers sneller duidelijkheid te geven, zijn er plannen om deze periode terug te brengen tot 2 jaar.

En die voetballers dan? Hoewel dat lang niet altijd zo lijkt, zijn profvoetballers ‘gewone’ werknemers, op wie dezelfde arbeidsrechtelijke regels van toepassing zijn als op u en mij, dus ook de flexwet. In het betaald voetbal is echter gebruik gemaakt van de wettelijke mogelijkheid om de flexwet bij CAO uit te sluiten.

In de voetballerij geldt een uitzonderlijke regeling, gemaakt voor een unieke beroepsgroep. Ik verwacht dat vakbonden voor ‘normale’ branches niet snel zullen instemmen met uitsluiting van de flexwet, al is dat soms best bepleitbaar.

Gelukkig kunnen partijen ook op andere manieren de door hen gewenste flexibiliteit creëren, denk aan het oproep- of ZZP-contract. Zo kan voor elke situatie de regeling worden bereikt die deze verdient.